Inwerkingtreding nieuwe wet overheidsopdrachten

Overgangsbepaling verschillend voor elektronische communicatieverplichting

Met de publicatie op 9/5/2017 van het KB plaatsing van 18/4/2017 wordt een eerste uitvoeringsbesluit voor de nieuwe overheidsopdrachtenwet bekendgemaakt.  In tegenstelling tot de vroeger ingenomen standpunten, waarbij de gehele regelgeving ineens en met een transitietijd van drie maanden zou in werking gesteld worden, zijn in het nieuwe KB plaatsing vroegere ingangsdata bepaald.

artikels

Art. 131. Voor de overheidsopdrachten die onder het toepassingsveld van titel 2 van de wet vallen, treden de artikelen van de wet die nog niet in werking zijn getreden, met uitzondering van de in artikel 132 van dit besluit vermelde bepalingen, in werking op 30 juni 2017, voor de opdrachten die vanaf die datum worden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt.  Alsook voor de opdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, vanaf die datum wordt uitgenodigd tot het indienen van een offerte.

Omtrent de elektronische communicatieverplichting zijn er wel andere overgangsbepalingen voorzien.

Art. 132. Voor de overheidsopdrachten die onder het toepassingsveld van titel 2 van de wet vallen, treden de artikelen 14, § 1, eerste lid, en 73, § 2, van de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016 (respectievelijk de elektronische communicatie in art.14 en het ter beschikkingstellen van de UEA Tool), in werking op een van de volgende data voor de opdrachten die vanaf die datum worden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt, alsook voor de opdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, vanaf de desbetreffende datum wordt uitgenodigd tot het indienen van een offerte :

  • 30 juni 2017, wanneer deze bepalingen worden toegepast door aankoopcentrales;
  • 30 juni 2017 voor de opdrachten waarbij gebruik wordt gemaakt van dynamische aankoopsystemen, elektronische veilingen of elektronische catalogi;
  • 18 oktober 2018 voor de opdrachten, andere dan onder 1° of 2°, waarvan de geraamde waarde gelijk is aan of hoger is dan de drempel voor de Europese bekendmaking;
  • 1 januari 2020 voor de opdrachten, andere dan onder 1° of 2°, waarvan de geraamde waarde lager is dan de drempel voor de Europese bekendmaking.

wet overheidsopdrachtenArt. 133. Dit besluit, met uitzondering van artikel 126 (TELEMARC aansluiting), treedt in werking op 30 juni 2017. Artikel 126 treedt in werking op 1 mei 2018.

Gaan we verder in detail wat de elektronische communicatieverplichting betreft dan lezen we het volgende.  Als men ervoor kiest om in de plaatsingsprocedure niet, of niet uitsluitend, gebruik te maken van de elektronische communicatiemiddelen dan moet men in de opdrachtdocumenten aangeven van welk communicatiemiddel gebruik mag worden gemaakt voor het uitwisselen van informatie, te weten :

  • per post of via een andere geschikte vervoerder;
  • per fax;
  • via communicatie door middel van elektronische middelen, maar zonder gebruik, voor de indiening van de aanvragen tot deelneming of offertes, van de in artikel 14, § 7, van de wet bedoelde elektronische platformen;
  • door een combinatie van deze middelen.

Wanneer gebruik wordt gemaakt van de onderhavige overgangsbepaling voor een andere plaatsingsprocedure dan de openbare of de niet-openbare procedure, geeft de aanbestedende overheid in de opdrachtdocumenten aan welke bijkomende regels op het vlak van communicatiemiddelen van toepassing zijn.  De onderhavige overgangsbepaling blijft van kracht zelfs na de hierboven vermelde data, ten aanzien van de opdrachten die tot aan deze datum worden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt, alsook voor de overheidsopdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, tot aan die datum wordt uitgenodigd tot het indienen van een offerte.
Deze regeling is niet van toepassing wanneer gebruikt wordt gemaakt van dynamische aankoopsystemen, elektronische veilingen of elektronische catalogi. Het onderhavige artikel mag niet worden toegepast in het kader van de ekendmakingsvoorschriften, de terbeschikkingstelling van opdrachtdocumenten en mag evenmin worden aangewend door aankoopcentrales.  We komen op de inhoudelijke bepalingen van het KB Plaatsing verder terug in de volgende nieuwsblog waarbij we dan ook een inhoudelijke visie kunnen verwachten op het KB uitvoering.