De social media worden vaak enkel gebruikt voor het zenden van berichten

Van opleiding is docent Nadja Desmet criminologe, maar tijdens haar carrière bij de FOD Binnenlandse Zaken en de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten, raakte ze in de ban van de social media.

Van opleiding is ze criminologe, maar tijdens haar carrière voor achtereenvolgens de FOD Binnenlandse Zaken en de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten, raakte ze in de ban van de social media. Vandaag runt ze socialemediaburo.be, het bedrijfje dat ze zelf oprichtte en dat organisaties en bedrijven helpt meegroeien met de mogelijkheden van social media. "We merken dat de social media vaak eng gebruikt worden als online folder. Terwijl er zoveel meer mogelijk is op het vlak van dienstverlening, participatie en community opbouw," vertelt Nadja.

Knoppentraining

De opleidingen die Nadja geeft, vallen uiteen in twee luiken. Nadja: "De eerste opleiding is de knoppentraining, dat wil zeggen de knoppen leren kennen van de verschillende social media-kanalen. Als je de knoppen niet kent, is het moeilijk om na te denken over wat je ermee aan kan en wat de mogelijke toepassingen zijn voor jouw organisatie of bedrijf. In het tweede blok gaan we meer in op de toepassing, de strategie. Waar willen we naartoe en welke kanalen gaan we daarvoor inzetten?"

Hoewel de sociale netwerken nu toch al een tijdje ingeburgerd zijn, merkt Nadja dat er toch nog vaak dezelfde fouten gemaakt worden. "Eigenlijk wordt nog vaak het klassieke communicatiemodel gebruikt," legt ze uit. "Wij noemen dat roeptoeteren. We doen dat, we doen dat, we doen dat... De social media worden vaak enkel gebruikt voor het zenden van berichten en niet om de interactie aan te gaan, waar social media eigenlijk voor gemaakt zijn. Een tweede grote fout is altijd praten over producten en diensten, continu je eigen producten en diensten in de etalage zetten, maar niet bouwen aan je relatie met jouw doelgroep, met je klanten of inwoners in het geval van gemeenten. Je hebt eigenlijk heel andere content nodig om te bouwen aan je relatie. Tijdens onze trainingen geven we dan ook contentinspiratie en inzichten. Om een voorbeeld te geven: zorg ervoor dat 80% van je content niet over je producten en diensten gaat en 20% wel."

De social media reflex

Naast de klassieke manier van lesgeven - ofwel in het open aanbod bij SBM of Escala, ofwel tijdens inhouse trainingen bij een bedrijf of organisatie - legt Nadja zich ook steeds meer toe op online leren. Hiervoor werkte ze verschillende formules uit waarbij de laagdrempeligste formule bestaat uit een dagelijkse mail met contentinspiratie en een tip om bij te leren over de verschillende sociale media. Nadja: "Die mails lees je in twee minuten en na een jaar heb je heel veel bijgeleerd. Zo krijg je ook een flow: iedere dag de social media reflex erin bouwen en niet één uurtje per week inplannen."

Vanuit haar professionele achtergrond heeft Nadja een ruime ervaring opgebouwd met openbare besturen. Wij vroegen haar of dat een andere aanpak vergt op het vlak van social media. Nadja: "We zien vaak de nood aan een strategie. Die vraag komt vaak na een wildgroei aan initiatieven vanuit de verschillende diensten, al dan niet met de communicatiedienst op de voorgrond. We beginnen altijd met het oplijsten van de bestaande initiatieven en kijken wie onze doelgroep is. Van daaruit gaan we dan doelgroepgericht redeneren. Want je kan niet verwachten van de inwoner dat hij voor elke dienst een Facebookpagina gaat liken. De oefening bestaat er dan in om de juiste vragen te stellen en zo tot de juiste inzichten te komen. Het is dan aan de organisatie om zelf te beslissen wat ze doet met accounts die niet meer actief zijn, of die wel nog actief zijn maar zich tot eenzelfde doelgroep richten. Uiteindelijk moeten we tot een punt komen waar er geen nieuwe initiatieven meer genomen worden. En dat kan je pas doen als je een strategie hebt. Anders blijf je continu met diezelfde vragen komen. Iemand heeft een nieuw idee, er wordt toch weer een nieuwe Facebookpagina aangemaakt."

Facebookverkiezingen

Wie openbare besturen zegt, zegt beleidsmensen en dus politici. 2018 wordt met de gemeenteraadsverkiezingen een cruciaal jaar voor heel wat lokale bestuurders. Campagne voeren in digitale tijden, hoe begin je eraan? Samen met collega Reinout Van Zandycke schreef Nadja er een boek over: 'Het Nieuwe Campagne Voeren'. En op dat vlak heeft Nadja alvast een boodschap voor politici die denken te wachten tot volgend jaar om aan hun campagne te beginnen. "Het nieuwe campagne voeren is al gestart," verklapt ze. "Dat betekent dat we de social media niet meer zullen inzetten puur in de campagneperiode. Je kan het vergelijken met op het laatste moment feestjes gaan afschuimen, om je gezicht te laten zien. Dat zal net op dezelfde manier werken. Dus als je een relatie wilt aangaan met je kiezers, als je wilt dat ze weten wat je engagement is, wat je doet, dan doe je dat nu al. Begin ook nu al te testen als je adverteert op Facebook: wat werkt er beter en wat minder goed om in die druk bezette tijdslijn gezien te worden. Want dat zal het zeker worden. We verwachten de eerste Facebookverkiezingen in Vlaanderen in 2018. Als je dus dan pas start, sla je de bal mis."

Online dorpsplein

Eenmaal politici verkozen raken, mogen ze vier of zes jaar lang hun beleid voeren. Om hen te helpen de vinger aan de pols te houden bij hun bevolking, ontwikkelde Nadja met haar bedrijf de zogenaamde 'newsrooms'. "We kunnen met software de social media monitoren en luisteren wat er leeft, wat er gezegd wordt op het online dorpsplein," vertelt Nadja. "Op basis van zoekwoorden visualiseren we op een scherm wat er leeft op bv. Facebook en Twitter. En zo gaan we continu - in real time - 'buiten' binnenbrengen en zien over welk onderwerp er nu het meest gesproken wordt. De bedoeling is dan natuurlijk dat daar ook mee aan de slag gegaan wordt. Dat noemen we de dagelijkse tamtam, naar politici, beleidsmakers, enzovoort. Op die manier kunnen we hen heel snel omgevingsbewustzijn bijbrengen. We tonen hen dus aan wat de impact is van wat ze als administratie doen of als politicus beslissen en wat de mensen er nu echt van denken. Zo kunnen ze ook sneller proactief terugkoppelen als iets niet loopt zoals ze gedacht hadden. Zo wordt het onmogelijk te doen alsof ze het niet gezien of niet geweten hebben."